Object van de maand 2023

De  Collectie Commissie kiest iedere maand een voorwerp en geeft daar een korte toelichting op.
Als u een vraag heeft of suggesties voor toevoeging aarzel dan niet om ons te mailen: collectie@saetencruyt.nl

Object van de maand december 2023

Object  8258

Uniformen, iedereen kent het uniform van de medische werelden andere laboratoria: de witte jas. Ook in de zaadbedrijven gebruikt men die. Of het nu medici, brandweer, politie of bedrijven zijn, ze geven met een uniform kledingstuk aan dat de dragers tot een bepaalde groep horen. Daarnaast is het een nuttig reclamemiddel. In de collectie hebben we witte jassen voor het uitvoeren van opdrachten door de scholieren, maar daarnaast bedrijfsjassen voor warm en koud weer, sporthemdjes, broeken, bodywarmers en shirts. Misschien hebt u zelf wel zo’n kledingstuk gedragen. Er zijn jassen van o.a. Asgrow, Bejo en Cebeco en kleding van andere bedrijven. In aanvang kregen de vrijwilligers van Sow to Grow groene shirts met logo en een halsband met een naamkaartje. Nu gebruikt bijna niemand meer het shirt. Dat wordt een “collector’s item”.

Als u wilt zien wat er is, kunt u dat in de Beeldbank bekijken.

Carla Moonen

Object van de maand november 2023

Object 5524

 

Jubilea vieringen.

 

In het museum zijn heel diverse voorwerpen aanwezig die jubilea gedenken. Deze maand wil ik iets over de gedenkborden vertellen. Er zijn een aantal borden, de andere voorwerpen zijn o.a. oorkondes,  tegels, presse-papiers, en sleutelhangers. De borden waren meestal bestemd als geschenk voor belangrijke relaties en medewerkers. “Onze” 5 borden zijn van Sluis & Groot, Beemsterboer, Enza en Royal Sluis. 

Van Sluis & Groot  is een bord ter gelegenheid van 25 jaar S&G/Breeder’s Seeds. Het is van glas. Het bord van C. Beemsterboer is ter ere van het 60-jarig bestaan 1912-1972, het is van aardewerk en toont het eerste en laatste bedrijfsgebouw.
 
Enza heeft voor het 50-jarig jubileum, 1938-1988, een aardewerk bord laten maken met een aantal van zijn gewassen.

Royal Sluis was royaal; we hebben 3 aardewerk borden. Een bord voor het afscheid van Simon J. Sluis uit 1986, een bord uit 1968 ter ere van het 100 –jarig bestaan met een postkoets erop en een bord voor het 110-jarig bestaan met een zaaier en het iconische bruggetje. Dit bord hebben alle medewerkers gekregen.

C Beemsternoer Warmenhuizen 

Het is een mooie geste van het bedrijf, maar wat doe je er mee? Thuis aan de wand ophangen blijkbaar of gewoon als bord gebruiken. Ik gebruik het soms als fruit-of koekschaal. Hebt U er nog ergens een in een la liggen ?  Naast deze jubileumborden hebben we nog meer:  o.a. agentschapsborden en reclameborden.
Carla Moonen

 

Object van de maand oktober 2023

Deze maand enkele voorbeelden van geschenken aan medewerkers of relaties.
Ze werden veelal Presse Papier genoemd, die werd gebruikt op een bureau om te voorkomen, dat papieren wegwaaiden. Tegenwoordig zijn ze vooral bedoeld als blikvanger.
De hier getoonde exemplaren vallen op door de zaadjes, die er in zijn gegoten.

In de wereld van de zaadbedrijven is de eerste, die bekend is (links op de foto), gemaakt voor de medewerkers van Sluis & Groot, vanwege het 100-jarig bestaan in 1967.  De andere zijn uit ca. 1978 en 2002.

Deze presse papier zijn gemaakt van epoxyhars, waarbij eerst een laag werd gegoten en uitgehard, waarop de zaden werden gelegd en vervolgens de tweede laag werd gegoten. Dat betekent, dat elk exemplaar uniek is.

De meeste zaden zijn voor kenners wel bekend, maar East West Seed voegde een beschrijving bij van de opgenomen zaden, meest voorbeelden uit het eigen assortiment. In Azië zijn die bekend, maar elders in de wereld minder (het zijn: Pompoen, Ipomea, Bittergourd, Hot pepper, Marigold, Luffa, Wax Gourd, Basil, Yard Long bean en ………………) 


Het laatste roodzwarte zaad, dat opvallend genoeg in alle drie voorkomt is geen tuinzaad, maar zaad van een klimplant Abrus Praecatorius, in Nederland wel Paternosterboontje genoemd. Vanwege de leuke kleurcombinatie werd dit zaad opgenomen.

 

De boontjes zijn niet eetbaar, ze bevatten een sterk gif, abrine, een aan ricine verwante stof. Er werden wel kettingen van geregen. Daarnaast diende het in India als gewichtseenheid ratti om het gewicht van munten te ijken. Het zaad wordt via de handel nog veel aangeboden, weliswaar met de nodige waarschuwingen. Verpakt in epoxyhars zijn ze in ieder geval ongevaarlijk.

 

In de collectie van Sow to Grow zijn nog meer voorbeelden van Presse Papier te zien. Zie de beeldbank: https://www.zaadenkruid.nl/cgi-bin/collectie.pl.  Zoek op:  presse
Nanne Groot

Object van de maand september 2023

Teeltafbakening in zaadteelt
Deze keer hebben we een bijzonder onderwerp aan de orde: Teeltafbakening in zaadteelt.
In onze collectie is een map met kaartjes van de gebieden waarvoor dit gold.
Het gaat hierbij over het bekende verhaal van de Bijtjes en de Bloemetjes.
Er komt pas zaad aan de plant als de bloem is bestoven, er is stuifmeel op de stamper gebracht.
Bestuiven kan o.a. zijn gedaan door insecten zoals; bijen, hommels of de wind.

Bij de productie van zaad is het dus noodzakelijk, dat de bloem bestoven wordt. Maar voor het behoud of verbeteren van de kwaliteit van het zaad wil de teler, dat de plant wordt bestoven met het juiste stuifmeel.
Omstreeks 1900 werden daar door telers voor het eerst afspraken over gemaakt.
In de Langedijk werd veel kool geteeld en het risico van “bastaardering” (ongewenste kruisbestuiving) was groot. De telers van Sluitkoolzaad besloten onderling afspraken te maken over de plaatsing van hun zaadgewassen. Deze regeling werd later wettelijk vastgelegd en Warmenhuizen was de eerste gemeente, die dit in 1924 vastlegde in een politieverordening. Andere gemeenten volgden.

Bijgaand een kaartje van Andijk uit 1942.

In 1963 werd een en ander vastgelegd in een Verordening van het Landbouwschap. Dat betekende, dat bij overtreding boetes konden worden uitgedeeld.
De NAKG (Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor Groentezaden) ziet toe op de naleving en maakte voor de uitvoering kaartjes per zaadteeltgebied, waarop “voorrangsgewassen” werden aangegeven en welke afstand er tussen percelen moesten worden aangehouden.
De gebieden waren o.a. Groningen, Geestmerambacht, Friesland, Westland, Goeree, West-Friesland.
De meest voorkomende gewassen waren: kool, radijs, spinazie, wortelen, kroten, uien en tuinbonen.

Bijzonder is dat deze regeling ook voor particulieren gold. Zelf wat zaad telen in je achtertuin was wel gebonden aan regels.

Nanne Groot

Object van de maand augustus, 2023, Agentschapsborden

In Sow to Grow is een hele wand gereserveerd voor agentschapsborden. Ze hebben verschillende maten en afbeeldingen. en verschillende kwaliteiten. Sommige zijn beschadigd door langdurig gebruik buiten aan de gevels. Ze waren uitsluitend voor de zaadhandel in de kleinhandel. Grotere zaadfirma’s, die aan de kleinhandelsbedrijven leverden op basis van commissie, maakten zo bekend dat hun zaden daar te koop waren. Die agentschappen zijn al in 1852 ingevoerd. Zaadhandel heeft al eeuwen bestaan, eerst als overschot na eigen gebruik, later als bewuste keus door grote hoeveelheden zaad te telen. Rond 1630 waren dat b.v. de Leidse Saatluyden. Vanaf eind 18de eeuw zijn overal in het land kleine zaadhandels ontstaan die als tussenhandel (agentschappen) voor de lokale distributie van zaad zorgden.  Onder andere P. Knook, Jan Reus, J. Boon en de Wed. S. Groot in West-Friesland. en Gebr. Van Namen in Zwijndrecht. De tussenhandel gaf de prijs- en bestellijsten van de leveranciers door aan de klanten.  De zaden  kwamen dan ook weer via de agentschappen bij de klant. Soms ontstond uit de kleinhandel een groot bedrijf; een voorbeeld daarvan was b.v. Sluis & Groot. Particulieren konden niet rechtstreeks bij de zaadfirma’s bestellen. Hierdoor groeide een ander soort kleinhandel uit; landelijke detaillisten die wel aan particulieren leverden. Het oudste bedrijf was dat van Dirk Turkenburg uit 1850. Hij gaf jaarlijks een uitgebreide prijscourant uit en zond die door Nederland, Oost-Indië en zelfs naar Transvaal in Zuid-Afrika. De zaden werden vanaf 1880 per post verstuurd, Vanaf midden 19de eeuw zijn zaadbedrijven ook zelf aan beroepstuinders gaan leveren.

Tegenwoordig zijn de borden niet alleen door Sow to Grow gewild. Voor gave exemplaren wordt vaak veel geld gevraagd.

In de bibliotheek staat een interessant boekje : Historie van het Tuinbouwzaadbedrijf in Nederland, geschreven door de ir. J.E. Veldhuyzen van Zanten, uitgegeven in 1956 (Object 1485) De gegevens voor dit stukje heb ik ontleend aan dit boekje.

Carla Moonen.




Het Grootslag
Bakermat van de zaadteelt

Dit jaar bestaat de polder Het Grootslag 600 jaar. In de omliggende plaatsen zijn allerlei activiteiten gepland om dit te vieren.
Ook Museum Sow to Grow in Enkhuizen besteedt er aandacht aan.
In de stijlkamers zijn in de wandbekleding reproducties opgenomen van 2 schilderijen uit het begin van de 17e eeuw van de Polder Het Grootslag. De originele schilderijen zijn eigendom van de Gemeente Enkhuizen. Ze zijn door tot nu toe onbekende meesters geschilderd op panelen.
In de webshop van het museum zijn reproducties te koop.

Schilderij van het Grootslag (ca. 1606)

Het Grootslag is het gebied tussen Enkhuizen, Andijk, Wervershoof, Westwoud, Hoogkarspel, Lutjebroek, Grootebroek en Bovenkarspel, aan de noord-, oost- en zuidzijde (deels) begrensd door de Westfriese Omringdijk en een oude binnendijk, de Zwaagdijk.
Tot 1974 waren de percelen in deze polder alleen bereikbaar per schuit. Het was een vaarpolder. Tussen 1974 en 1979 is de polder verkaveld en zijn nieuwe wegen aangelegd. Nog steeds is de polder agrarisch met overwegend teelt van groenten en bloembollen. 

Akker- en tuinbouw
Tot ca. 1800 was het grondgebruik voornamelijk grasland met veehouderij. Als gevolg van meerdere uitbraken van veepest in de 18e eeuw veranderde het grondgebruik geleidelijk van grasland naar akkerland. Door de uitbreiding van het aantal watermolens werd dat ook steeds meer mogelijk. De polder Het Grootslag werd in de negentiende eeuw bemalen door 13 vijzelmolens: 5 bij Andijk, 3 net ten noorden van Enkhuizen en 5 bij Broekerhaven. 
Vanaf ca. 1800 neemt de teelt van groenten sterk toe, door de groeiende vraag naar groenten vanuit de steden van Holland, vooral kool, bieten, wortelen, peulvruchten en uien.
Het klimaat van dit gebied, aan drie kanten omgeven door water, bleek daarvoor zeer geschikt.

 

Schilderij van Het Grootslag (ca. 1615-1617)

Zaadteelt
Voor deze groeiende groenteteelt is ook zaad nodig en in Andijk en De Streek gaan tuinders zich specialiseren in zaadteelt en zaadhandel.
Begin 19-eeuw worden genoemd: P. Knook, Jan Reus, en de wed. S. Groot in Lutjebroek, J. Boon in Bovenkarspel en Pieter Rood en Nanne Jz. Groot in Andijk.
De laatste wordt gezien als de pionier van de zaadteelt en zaadhandel omdat hij in staat was, mede door zijn uitgebreide familienetwerk, veel en kwalitatief goede groentezaden te produceren. De verkoop van zaad is eerst vooral lokaal, maar vanaf 1818 vindt al export plaats via bloembollenhandelaren in Haarlem en omgeving. De zaadhandel breidt zich snel uit naar geheel Noord- en Zuid-Holland, Friesland en Groningen en vanaf 1856 naar het buitenland, eerst Duitsland en Frankrijk maar later ook Rusland en Amerika.
Vele zaadbedrijven zijn voortgekomen uit dit pionierswerk, via familiebanden of door medewerkers, die zelf een bedrijf startten. Het Grootslag is uitgegroeid tot het centrum van de groente- en bloemzaadteelt in Nederland, nu samen met de regio Langedijk aangeduid als Seed Valley en de zaden van vele groenten en bloemen gaan nu de hele wereld over.
In 2018 opende in Enkhuizen Museum Sow to Grow, waar een boeiend beeld wordt geschetst van de ontwikkeling van deze bijzondere sector.

Bronnen:
– Geschiedenis van den polder Het Grootslag, P. Noordeloos en Joh. Morsink, 1946|
– Enkhuizen en Het Grootslag, 2 schilderijen bekeken, Uitgave Oud Enkhuizen 1994
– Polder “Het Grootslag” op zijn best, Jan Bakker en Jan Windt, 2007
– Tuinbouw en Zaadteelt, Martien Hoogland en Nanne Groot, 2011
Nanne Groot

www.zaadenkruid.nl

Zoek in de bibliotheek beeldbank op nummer 1167

Object van de maand juni 2023; Smaak en Geur

Spruitjes hebben een slecht imago: vooral de geur ervan, maar ook de smaak. Als men het over die groente heeft is dat meestal neerbuigend. Daar zijn een aantal redenen voor.  De groente bevat zwavel en die geur komt vrij bij het koken; hoe langer gekookt des te sterker de geur (stank). Tot in de 60er jaren lieten veel huisvrouwen ze de hele dag smoren op een laag vuur. Geen wonder dat kleine kinderen en de meeste volwassenen ze verafschuwden. Sindsdien is er veel veranderd; door veredeling is het zwavelgehalte verminderd en de kooktijd sterk ingekort. Spruitkool is een goede winterkost. Andere groenten die door veredeling een betere smaak hebben gekregen zijn b.v. moderne rassen van andijvie, witlof, komkommer en tomaat. Mensen boven de 60 zullen zich nog met afkeer de bitterheid  van de eerste drie groenten herinneren. De smaak van witlof is discutabel; was die groente alleen eetbaar door koken, nu heeft hij helemaal geen smaak meer. Bij komkommer moest je de bittere uiteinden afsnijden. Tomaten zijn zoeter geworden dankzij alle technische middelen van de veredeling.  Veel bloemen daarentegen hebben hun geur verloren omwille van grotere bloemen of andere gewenste eigenschappen. Rozen, freesia’s en anjers geuren niet of nauwelijks meer. Smaak en geur zijn belangrijke eigenschappen voor ons welzijn.

Carla Moonen

www.zaadenkruid.nl

Zoek in de gipsmodellen beeldbank op nummer 50362
Of in de foto beeldbank op nummer 10409

Object van de maand mei 2023

Bloemmodellen

Deze modellen zijn gemaakt voor onderwijs op scholen en universiteiten, o.a. op het Clusius College in Hoorn. In de collectie zijn 4 modellen aanwezig, nr 5091 en 5092, nr 5929 en 5930. De eerste 2 zijn gemaakt door ene meneer Meuser. Ze zijn van kunststof op een houten voet. Van de andere kennen we de maker niet. Ook het jaar van vervaardiging is onbekend. 5091 is een model van een druivenbloem, Vitis vinifera, 5092 toont alleen een voorbeeld van  stamper en meeldraden. De 2 laatste zijn modellen van een erwtenbloem. Twee  bekende werkplaatsen lagen  in Breslau, Polen. De Blumenfabrik van Christina Jauch en de werkplaats van  vader en zoon Brendel, die  begin 20ste eeuw deze modellen maakten van gelakt papier maché op een houten voet. Op de voet staan familie-, soorts-en geslachtsnamen.  Deze oude bloemmodellen zijn erg teer en de musea waar ze verblijven, lenen ze liever niet uit. Toch heeft de tentoonstellingscommissie een aantal te leen gekregen voor de expositie vanaf eind april. Een extra aanleiding om het museum te bezoeken ?
Carla Moonen

De afbeeldingen hebben een matige kwaliteit.
Kom naar Sow to Grow om de modellen in het echt te bekijken.

Object van de maand april 2023

Iedereen die door de Westerstraat van Enkhuizen loopt en stilstaat bij het Sow to Grow, zal het niet ontgaan zijn: de flinke machine in de tuin voor het gebouw. De machine, thans gebruikt als tuin- ornament, is wat we in de Nederlandse volksmond een “Clipper” zijn gaan noemen. Toch is dit niet de echte naam van deze rond 1980 in Enkhuizer machinefabriek gebouwde Selecta Airscreen, zaad-schonings-machine.

De grondlegger
In 1869 besluit John E Smith, na tijdens de Amerikaanse burgeroorlog als kapitein te hebben gediend, om het over een andere boeg te gooien en een stoomaangedrevenmeelmolen te kopen in Shiloh Ohio. Om zijn meel beter te zeven en geld te besparen, maakt hij een kleine machine die hij later onder de naam The Clipper ook commercieel gaat verkopen als zaad-schonings-machine. De naam verwijst naar de snelle beweging en de lage druk op het product. Een term die hij waarschijnlijk ontleent aan een weersysteem dat in de winters veel in die omgeving voorkomt.  

Afkijken
Smith wordt vaak gezien als de uitvinder van de eerste fijnzaad-schoningsmachine.  Hij is echter gewoon goed in kopiëren. Want al in 1784 is het Adrew Meikle die aan de wieg staat van de dorsmachine, een apparaat dat de gedroogde aren uit elkaar trekt en daarna met zeven en lucht voor-schoont.  Smith maakt daar echter een handige kleiner en versimpelde versie van door het mangel deel, het onderdeel wat de aren kapotslaat en trekt, uit zijn machine te halen. Met fijnere zeven en het schudsysteem uit de dorsmachine, wat een verbetering is ten opzichte van een wanmolen, kan hij een beter voor geschoond product leveren en maakt hij een machientje en concept dat tot op heden nog steeds staat.

Smith geeft het stokje over
Hoewel Smith grondleger is, van wat men hier, in Nederland, een Clipper is gaan noemen, is het zijn voormalig werknemer, Albert T. Ferrel, die er na de overnamen pas echt een wereldwijd succes van maakt. Waar bedenker Smith tussen 1879 en 1891  200 verkoopt, zet Ferrel er tot 1946 ruim zestienduizend weg en duiken de eerste kopieën op.  Hij is ook de man die er wereldfaam mee maakt en waardoor wij de merknaam synoniem hebben weten te maken met het apparaat. En ook nu nog maakt het bedrijf A.T. Ferrel, onder de originele naam “The Clipper” er nog vele van. 

De Airscreen en zijn belang
Hoewel wij in Nederland nu nog steeds de naam gebruiken en deze  een soort geuzennaam is geworden, wordt de originele “The Clipper” hier nog nauwelijks verkocht. En wat misschien zelfs nog vreemder is, is dat de naam ook niet klopt met wat het apparaat doet, het is namelijk een Airscreen. (Air) voor wind schoning en (Screen) voor het zeef gedeelte.
Is dat dan echt belangrijk, het antwoord is ja. De Airscreen (clipper) is de meest belangrijke machine ooit gebouwd op het gebied van het schonen op allerlei productvlakken. Niet alleen voor het schonen van graan en de zaden, nee voor van alles. Bijvoorbeeld bij afvalverwerkers om ons afval te scheiding. Bij schroothandels, in de plasticindustrie en in de chemiesector, maar ook in bijvoorbeeld de goud branche. Airscreens kom je overal tegen.
Veel zaadbedrijven verwerken er dan ook nog steeds tonnen zaad mee
De machine die dus begon bij Captain John E smith en onder de merknaam “The Clipper” in Nederland zo bekend is geworden is daarmee een onmiskenbaar wereldwijd stil succes geworden. En waar het begon met een klein houten exemplaar (ook in ons museum “Sow to Grow” te vinden) is de Selecta in de tuin voor het gebouw ook nog slechts een kleintje. Grotere exemplaren zijn soms huizenhoog. Dus kijk er nog eens naar als u langs het museum loopt.
Ramon Papa.

Albert T ferrel
6 feb 1863 Shiloh, Richland Co, Ohio – juni 1943 Saginaw Michigan
Website:  https://atferrell.com

Object nr 5664

Object nr 5677

Meer informatie stuur een mail aan: thehistoryofseedcleaning@gmail.com
en vraag het gratis boek in PDF aan. Nederlands of Engels.

Object van de maand maart 2023

Heilig boontje
In de collectie van Sow to Grow bevindt zich De Oranje Lijst, een brochure van het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (ook wel Genenbank genoemd) over zeldzame groenten, waarin onder meer het Heilig Boontje wordt besproken.

Bonen (Phaseolus vulgaris)
Drentse Bartje ‘bid nie veur bruune boon’n, schreef Anne de Vries in zijn streekromans. Toch heeft er ooit een bijna letterlijk heilig boontje bestaan. De zaden van het type ‘soldatenboon’ zijn langwerpig, veelal licht gekromd en wit van kleur met aan de zijde van de navel een scherp getekende vlek.
Deze merkwaardige tekening heeft bij velen tot de verbeelding gesproken. Mensen zagen er een monstrans in: het schaaltje waar in de Katholieke kerk de hostie in wordt bewaard.
Anderen zagen een soldaat met berenmuts in de tekening. In het eerste geval kreeg de boon de naam van monstransboon, heilige geestboon of van kelkboon, in het tweede geval van soldatenboon, huzarenboon of soldaatje.

Over de monstransbonen zijn diverse legendes bekend. Een verhaal gaat over een pastoor uit een dorpje in Zuid-Limburg. Hij was tijdens de Tweede Wereldoorlog bang dat de kerkschatten, zoals de kelk en de monstrans in handen zouden vallen van de Duitsers. Daarom begroef hij ze in zijn tuin.
De pastoor kwam tijdens de oorlog om het leven in een concentratiekamp. Na de oorlog werd de tuin ingericht als moestuin. Op een bepaalde plek begonnen vreemde bonen te groeien: witte bonen met een monstransteken erop! Men sloeg op die plek aan het graven en vond de schatten terug, waaronder de monstrans, die aan de bonen hun teken had gegeven. Om deze bonen zal wel degelijk gebeden zijn.

De merkwaardige tekening op de witte monstransboon ontleent zijn naam aan de katholieke monstrans.

Bron: De Oranje Lijst, uitgave CGN
Zie ook: Oranje lijst (wur.nl)

Object van de maand februari 2023

 SPELLETJES object 6791

Zaadbedrijven geven van oudsher graag cadeautjes. Cadeautjes als promotiemateriaal, relatiegeschenk of als bedrijfsgeschenk naar de eigen medewerkers. Deze maand daarom één zo’n spel uit onze collectie, het gezelschapsspel “The World of Enza Zaden”.
Spelletjes, wie vindt die nu niet leuk. Van kaartspelletjes als Memory en Kwartet tot eclectische raadspelletjes met aanwijsstok en lampjes om een teelt in Nederland op de juiste plek te plaatsen. Simpele plastic doosjes met alleen een bedrijfslogo waar je het balletje door een doolhof moet voeren of in een gaatje moet proppen of zaad-raadspelletjes, de zaadbedrijven kunnen er wat van.

Oké, niet alles is origineel, maar soms is afkijken niet vervelend. “The World of Enza Zaden” is bijvoorbeeld gebouwd op het concept van Monopoly. Anders maar, laten we wel zijn, er is goed over nagedacht. Het spel draait om de wereld van de zaadveredeling en het runnen van een zaadbedrijf. Wie dat het beste doet, wint. Geen huizen maar kassen. Geen stations maar werelddelen voor de teelt.

Waarom lag dit niet in de winkel als leuk alternatief voor het origineel. Leuk ook voor de kinderen, want hoe slim is het om hen te laten begrijpen in wat voor wereld pappa, mamma, opa of oma nu eigenlijk werkzaam zijn. Het is toch belangrijk wat zij bij het bedrijf voor de wereld doen en hoe bijzonder het is om de juiste rassen te veredelen en beter te zijn dan de “buurman”. Geld verdienen, boetes krijgen voor als er iets niet goed is gegaan. Jezelf opleiden om tot een grootmacht uit te groeien in het zaad. Wat een prachtige wereld. Ja, het is een afgeleide van het wereldbekende grotere broertje met de Kalverstraat, maar al met al, een inventieve bedrijfsbinding.

Het is slechts één van de spel-pareltjes die we in de collectie van het museum hebben.

Meer zien van al onze spelletjes? Ga naar de Beeldbank van Sow to Grow, klik op collectie en kijk eens rond (bijv. onder Objecten, zoekopdracht: spel).
Ramon Papa

Object van de maand januari 2023:  nr 5041

Dichte zeefrol of zeefpan
Deze keer de dichte zeefrol, want zeefrollen komen in allerlei maten en vooral vormen voor. (Ronde perforaties, sleufvormige perforaties of gaas). Zeefrollen worden gebruikt voor het verwijderen van verontreinigingen uit de partijen. Echter dichte zeefrollen doen dit net even anders, want zoals de titel al doet vermoeden zijn deze zeven niet voorzien van gaatjes.

Object nr 5041
Van oudsher heet deze gecompliceerde manier van scheiden, pannen of oprollen. Tegenwoordig kunnen we dat, bij grotere partijen zaad, veelal ook machinaal. Echter bij te kleine hoeveelheden, van voornamelijk bloemgewassen, is dit handwerk nog steeds een heel gangbaar gebruik.

De Zeef
De rol bestaat van oudsher uit een houten ring voorzien van een stuk gespannen dierenhuid. Het veertje dient voor het bij elkaar vegen van lichte zaadhuidjes of pluisjes. Met het kleine blikje schept de schoner de vervuiling uiteindelijk uit de partij.

Complexe handeling
Door de pan in een gelijkmatige, schokkende, circulaire beweging te schudden waarbij de ene hand bijna stil staat, maar de andere als in de aandrijving van een locomotief wordt bewogen. Door dit gelijktijdige horizontale, verticale en diagonale bewegen gaat het zaad ronddraaien in de zeef of pan en krijg je, mits je dit goed doet, een opeenhoping van zaadresten in de kern van de partij

 

Klinkt dit ingewikkeld? Nou we kunnen u vertellen, dat is het ook. Dit is het meest ingewikkelde en arbeidsintensieve werk dat een zaad-schoner kan doen. Daarnaast is het ook handeling die echt niet iedereen onder de knie kan krijgen. Oprollen is een behoorlijke lichamelijke belasting, en eerlijk gezegd iets dat tegenwoordig haast niet meer zou mogen.
Wilt u zelf overigens ook eens proberen? Neem een platte pan met recht opstaande rand en een stuiterballetje. Als u het balletje in het rond kunt draaien, zoals in eerdergenoemde beweging schema en het balletje daarbij niet laat stuiteren op de kant, dus kunt laten kleven, dan kunt u vast zo bij een zaadbedrijf aan de slag. Zij wachten met smart op u.

Wilt u meer weten over dit- of andere onderwerpen over zaadschoning, stuur dan een mail naar:  thehistoryofseedcleaning@gmail.com
Ramon Papa

Translate »